Wie leeft waar?
Wie – wat – wanneer
Groep: 1-2
Tijdsduur: 15 minuten
Seizoen: gehele jaar
Wat heb je nodig?
- Plaatjes van dieren die op het plein (kunnen) leven
Tips & links
Tip:
Het is leuk om de opdracht te combineren met een opdracht ‘zorgen voor dieren’, die je na deze opdracht kan doen. Bijvoorbeeld de opdracht ‘help vogels de winter door’ (groep 1/2).
Opdracht
Verzamel van te voren een aantal plaatjes (circa 4) van verschillende dieren die op het groene schoolplein (kunnen) leven, bijvoorbeeld: een muis, een egel, een vlinder, een hommel of bij, een regenworm, een spin, een vogel (bijvoorbeeld een merel of reiger), een vis.
- Kies dieren die op verschillende plekken leven (bijvoorbeeld: lucht, aarde, water, in een boom of op een plant).
- Kies dieren die passen bij het seizoen (vlinder in lente/zomer, koolmees in winter).
De opdracht:
- Ga samen naar buiten met de dierenplaatjes. Al deze dieren leven op het plein. Maar wie leeft waar?
- Bekijk het eerste dier. Wat is het voor dier? Hoe ziet het eruit (hoeveel poten heeft het, heeft het ook vleugels)?
- Als jij dit dier zou zijn, wat zou je dan een fijn plekje vinden op het schoolplein? Ga daarheen. Waarom vind je dit een fijn plekje als dier? Staat iedereen bij dezelfde plek of ergens anders?
- Bekijk samen de plek waar het dier leeft. Wat zou het dier hier doen? Zoekt het hier eten? Rust het hier uit? Of verstopt het zich hier misschien wel?
- Zoek zo alle plekken van de dieren.
Andere zoek opties
Heb je een kwartiertje over en zoek je een korte opdracht? Of wil je snel een spel of creatieve opdracht vinden? Zoek dan hier.